Natuurgebied de Laurabossen
Natuurbegraafplaats Weerterland ligt in Weert en maakt deel uit van het natuurgebied de Laurabossen, gelegen tussen het natuurgebied
Kruispeel en de Belgische grens. In het begin van de 19de eeuw maakte het gebied deel uit van de onontgonnen heidegronden. In de loop van de 19de eeuw werd het heidegebied als bos in ontginning gebracht en werden er wegen aangelegd. Het bos werd aangeplant voor de houtproductie om de Laura steenkoolmijn in het Zuid-Limburgse Eygelshoven te stutten. Halverwege de 20ste eeuw werd het bos in gebruik genomen als recreatiegebied voor een van de vele pensionaten die Weert rijk was.
Terug naar de oorsprong
Het terrein bestaat uit een dennenbos met glooiingen en een rijke biodiversiteit. Op Natuurbegraafplaats Weerterland brengen we het gebied terug naar een gevarieerd inheems bos. Sinds 2020 worden er inheemse gebiedseigen beplanting, zoals eiken en beuken, aangeplant. Ook wordt er een inheemse bloemenweide aangelegd dat het karakter van een besloten boskamer krijgt. De eerste omheiningen zijn al verwijderd ten gunste van het wild. Rondom Natuurbegraafplaats Weerterland zijn vruchtdragende struiken aangeplant die een ideale schuilplaats vormen voor de aanwezige dieren. Zo krijgt de natuur de kans te herstellen en een gevarieerd inheems natuurbos te worden.
Flora en fauna
Het bos van Natuurbegraafplaats Weerterland kent veel natuurlijke gebruikers en is een broedplaats voor algemeen voorkomende broedvogels en roofvogelsoorten, zoals de bosuil, ransuil en de wespendief. Ook broedt de zeldzame nachtzwaluw al enkele jaren in de Laurabossen. In de schemering laten vleermuizen zich zien. De krekels en vele vogels in het gebied zorgen voor de achtergrondmuziek. Ook zie je met regelmaat eekhoorns en is het een foerageergebied voor de das. Laat je ieder seizoen verrassen en ontdek en beleef de natuur op Natuurbegraafplaats Weerterland.
Archeologische vondsten
Archeologen van RAAP hebben voorafgaand aan de aanleg van de natuurbegraafplaats een tweetal kampementen uit de middensteentijd (mesolithicum; 9.700 tot 5.300 voor Chr.) gevonden. Er zijn enkele vlijmscherpe vuurstenen afslagen en klingen (messen) in de bodem gevonden, die door mensen zijn bewerkt.